Pacific Crest Trail dag 122 – 124

9 augustus 2019 0 Door Tim Stroeks

Dag 122 – dinsdag 30 juli
40,1 miles (mile 2250,0 – mile 2290,1) – 64,2 km

Het zal niet als een verrassing komen dat ik rond 6.15 uur de trail weer op loop. De eerste vijftien mijl voor vandaag lijken relatief gemakkelijk: er wachten me maar een paar korte klimmetjes tussen afdalingen en vlakke mijlen door. Hierna loop ik Goat Rocks Wilderness in en lijkt het pittiger te worden. Ik stel mezelf ten doel om minimaal 35 mijl te wandelen vandaag en misschien door te lopen tot 37 mijl wanneer ik me goed voel.
De eerste uren schieten door de fijn glooiende trail lekker op en ik vlieg de paar korte klimmetjes omhoog nu ik nog goede en frisse ochtendbenen heb. Bovenop het laatste korte klimmetje van de ochtend, breekt het bos opeens open en zie ik Goat Rocks voor me liggen. Het is een spectaculaire rotsformatie en het maakt meteen duidelijk waarom iedereen enthousiast is over dit Wilderness-gebied.
Ik daal kort af en loop daarna nog wat vlakke mijlen naar de voet van Cispus Pass. Deze klim is met ongeveer zeven mijl een stuk serieuzer dan de klimmetjes van vanochtend, maar gelukkig wacht er nog een korte afdaling halverwege de klim. Net voordat ik de top van de pas bereik, loopt de PCT weer een indianenreservaat in: het blijft toch vreemd dat de oorspronkelijke bewoners van het land nu zijn aangewezen op een paar reservaten in de middle of nowhere.
Bovenop Cispus Pass is het na 22 mijl tijd voor een lunchpauze met een waanzinnig uitzicht. Het lijkt hier sprekend op de Alpen en ik realiseer me weer hoeveel ik ervan houd om door de bergen te lopen. Kauwend op mijn tortilla, bekijk ik de trail voor de middag. Vanwege de 22 mijl die ik nu al gelopen heb en mijn goede benen, spookt het door mijn hoofd om vandaag voor 40 mijl te gaan. Ik heb nog geen 40-mijler gelopen op de trail en hoewel het vandaag zeker geen gemakkelijk terrein is voel ik me goed en sterk. Ik besluit echter het verdere verloop van de middag af te wachten en later een besluit te maken over mijn afstand voor vandaag.
Vanaf Cispus Pass daal ik kort af, waarna de trail weer omhoog gaat naar Snowy Mountain en de veel besproken Knife’s Edge. Sobo-hikers vertellen hoe sensationeel het is om over Knife’s Edge te lopen, dus ik kan niet wachten om dit zelf ook te ervaren. Eerst moeten er echter nog wat hoogtemeters overwonnen worden over de komende paar mijl. Het is druk met een hoop dagjesmensen op de weg naar boven, maar wanneer ik eindelijk de splitsing bereik die de twee verschillende trails voor enerzijds paarden en anderzijds hikers aangeeft, zie ik Knife’s Edge liggen.

Het ziet er inderdaad sensationeel uit met de trail die over de top van een smalle richel slingert die aan beide kanten steil naar beneden loopt. Ik passeer een aantal korte sneeuwtraverses en bereik dan het begin van de scherpe richel waar de PCT overheen loopt. De trail loopt hier constant kort maar fel bergop en bergaf over enkelbrekende trail bestaande uit veel losse stenen die onder je vandaan schuiven. Gelukkig bereik ik zonder ongelukken de andere kant van Knife’s Edge, waar een lange afdaling van vijf mijl begint.
Onderaan deze afdaling passeer ik de tentplaats die ik vanochtend op het oog had. Passeren, aangezien ik, ondanks de vermoeidheid die zeker is opgekomen met het vele klimwerk van de middag, verder door wil lopen om dichterbij White Pass te komen. Wanneer ik erachter kom dat de tentplaatsen die zich 37 mijl vanaf de start van vanochtend bevinden, een paar honderd meter off-trail liggen, is de definitieve beslissing gemaakt om de 40 mijl vol te maken vandaag. Dit betekent dat me weer een klim wacht; tevens de laatste hoogtemeters die vóór White Pass nog gemaakt moeten worden.


Bovenop de beklimming word ik beloond met een prachtig uitzicht op Mount Rainier, de hoogste berg van Washington, bij een steeds verder dalende zon. Genietend van dit mooie uitzicht, begin ik aan de laatste 0,8 mijl naar beneden naar de tentplaats, die zich net langs de 40 mijl voor vandaag bevindt.
Met 40,1 mijl op de teller, plof ik om 20.10 uur neer bij de tentplaats na een lange, zware en vermoeiende dag lopen door de Goat Rocks Wilderness. De bergen en uitzichten van vandaag maken het echter allemaal goed en met White Pass, en daarmee town food, nog maar 5,3 mijl verwijderd, val ik gesloopt maar tevreden in slaap.

Dag 123 – woensdag 31 juli
22,5 miles (mile 2290,1 – mile 2312,6) – 36,0 km

Wanneer ik vandaag wakker word, kan ik vieren dat ik exact vier maanden op de trail ben: 31 maart ben ik begonnen in Campo en ondertussen ben ik al in de laatste staat van de Pacific Crest Trail aangekomen. Wat een avontuur is het tot nu toe geweest: het is alles waar ik van gedroomd had.
Ik ben vroeg wakker en kan vandaag nog een tijdje blijven liggen. Kracker Barrel bij White Pass is pas om 8.00 uur open en door de lange dag van gisteren hoef ik vanochtend nog maar vijf mijl af te dalen om hier te komen. Tegen half zeven begin ik aan deze afdaling en voor ik het weet, sta ik na een hoop haarspeldbochten op Highway 12. Kracker Barrel ligt maar 0,6 mijl westelijk van hier op Highway 12, dus met de laatste meters over asfalt, bereik ik net na 8.00 uur dit tankstation: dat is namelijk alles wat Kracker Barrel in feite is. Ze weten echter wat hikers willen, dus ik koop van alles om flink te ontbijten: croissant, corn dog, gebak, fruit en een goede koffie.
Vanwege het feit dat het slechts een tankstation is en er geen supermarkt in de buurt is, sturen veel hikers een resupply-box naar deze locatie. Ik had echter gelezen dat er veel eten in de hikerbox achter gelaten wordt, dus als echte “hiker trash”, heb ik zelf geen box gestuurd en bevoorraad ik het eten voor de volgende sectie zoveel mogelijk uit de hikerbox. Het is een redelijke vangst: al het avondeten en behoorlijk wat snacks voor de 100 mijl naar Snoqualmie Pass vis ik gratis uit de hikerbox; de rest van de maaltijden die nog ontbreken, vul ik aan met (redelijke prijzig) eten uit de schappen van Kracker Barrel.
Voor de rest van de ochtend gebeurt er vrij weinig: ik laad mijn telefoon en powerbank op en rust zelf wat uit tot de lunch. Onder het mom van een goede bodem voor de komende dagen, eet ik hier ook nog een lunch: pizza, appeltaart, een bakje groenten met hummus en een ijsje na. Dit moet genoeg bodem zijn voor de volgende sectie die ik in drie dagen wil lopen.
Rond 13.00 uur loop ik daarom de 0,6 mijl terug naar de trail. De trail stijgt of daalt niet extreem vanmiddag, waardoor ik nog een goed dagdeel van 17 mijl kan lopen.

Ik passeer hierbij een hoop meertjes en groene grasveldjes en geniet volop van de natuur die ik hier in Washington tegenkom, voordat ik bij de tentplaats aankom en mijn tent tussen een aantal andere opzet. Voor morgen plan ik een dag van 35 mijl, wat me tot een shelter/onbemande hut brengt, waar ik hoop te kunnen overnachten.

Dag 124 – donderdag 1 augustus
36,5 miles (mile 2312,6 – mile 2349,1) – 58,4 km

Gezien het feit dat er best wat andere hikers kamperen hier, gaat er vanochtend geen wekker af. Toch is er van uitslapen geen sprake, aangezien ik om 5.30 uur alweer wakker ben en aan mijn ontbijtje begin.
Om 6.15 uur loop ik de trail op voor een eerste twaalf mijl waarin er niet al te veel geklommen hoeft te worden. Het is echter nooit vlak in Washington, dus ik kom een paar korte klimmetjes tegen in het glooiende verloop voor de eerste 12 mijl naar Chinook Pass: een vrij grote weg met parkeerplaats, waardoor ik hier een hoop day hikers tegenkom. De drukbezette trail duurt echter maar voor een paar mijl en naarmate ik hoger klim (het pad loopt gedurende drie mijl vrij steil omhoog vanaf Chinook Pass) wordt het rustiger en rustiger. Na een goed uurtje klimmen, bereik ik de top, waarna de trail tot de lunch langs en over een bergrug op hoogte blijft. Ik word weer omringd met gave uitzichten, die nog beter te bewonderen zijn door de kale, verbande bomen in de burn area waar ik doorheen loop.
Met ongeveer 22 mijl achter de rug voor vandaag, bereik ik een bron, waar ik stop voor een lunchpauze. Het ijskoude water smaakt heerlijk en ook de schaduw doet goed. Het is warm vandaag en lopen door een open verbrand gebied, laat me altijd nog meer zweten.


Na een verkoelende lunchpauze, loop ik een tijdje later verder voor de laatste 13 mijl naar de “Mike Ulrich hut”. Het terrein in het begin van de middag verandert nauwelijks ten opzichte van de laatste paar mijlen voor de lunch, waardoor ik met een lekker tempo door kan lopen. Wanneer ik aan de laatste vijf mijl voor de dag begin, verandert het terrein echter wel degelijk en zakt mijn tempo wat. Dit is evenwel niet alleen vanwege de paar korte klimmetjes, maar ook omdat er een zeurende pijn in mijn knie opspeelt.
Om 18.00 uur bereik ik toch de hut en ondanks dat het volgens Guthook’s een drukke hut kan zijn, is er vandaag niemand te bekennen. Vol hoop open ik de koelbox die binnen staat en waar met drie grote letters “PCT” op is geschreven. Vandaag heb ik echter geen geluk en de koelbox is leeg, dus wordt het gewoon water drinken vanavond bij het diner. Het diner dat voor mij een primeur is: voor het eerst maak ik een Ramen Bomb. Dit is een populair gerecht op de trail, dat bestaat uit instant noedels (ramen genoemd in de VS) en instant mashed potatoes, die samengevoegd worden tot één Ramen Bomb. Het smaakt (naar trailstandaarden) prima, vult goed en heeft een hoop calorieën, dus het is zeker voor herhaling vatbaar op de trail.
Ik vul mijn waterflessen bij en besluit dan nog een halfuurtje tot een uurtje verder te lopen om iets dichterbij Snoqualmie Pass te komen, maar vooral om de muizen te ontvluchten, die in en rondom de hut in grote getale blijken voor te komen. Uiteindelijk wandel ik nog 1,5 mijl verder, waar ik een goede tentplaats vind. Aangezien het de laatste fatsoenlijke tentplaats voor de komende drie mijl lijkt te zijn en het ondertussen al 19.30 uur is, stop ik hier voor vandaag en zet ik mijn tent op.
Met nog iets minder dan 45 mijl naar Snoqualmie Pass te gaan en nog maar iets meer dan een dag aan eten in mijn rugzak, wacht me morgen nog een lange dag van circa 35 mijl om voor zaterdag 9 à 10 mijl over te laten. Mijn knie is echter steeds meer pijn gaan doen over de laatste paar mijlen, dus ik hoop dat het meevalt en dat ik morgen die lange dag kan voltooien.

Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer!

Davy Jones